18 februari 2018

Middagdienst 18 maart 2018

Passage: Jeremia 13:15-27, Markus 14:50-52 en Markus 15: 20-24
Dienstsoort:

Tekst: Jeremia 13:16a en 22b

Gz. 174: 1, 2 en 3 (Liedboek)
Ps. 106: 1 en 4
Ps. 106: 26
Ps. 38: 1 en 18
Gz. 63: 1, 2, 3 en 4 (Liederenbundel Weerklank)
Ps. 32: 2 en 3 (Liedboek)

Gz. 174: 1, 2 en 3 (Liedboek)
1
Ik wil mij gaan vertroosten
in Jesu lijden groot.
Al heeft 't gestaan ten boosten,
het mocht nog worden goed.
Al om mijn zondig leven
ben ik met druk bevaän.
Dat wil ik gaan begeven:
o Jesu, zie mij aan!

2
Mijn zuchten en mijn kermen
zie aan, genadig God!
Eilaas, wil mijns ontfermen,
al heb ik Uw gebod
versmaad te meen'ger ure,
ik wil mij beet'ren gaan.
Dit doet mijn herte treuren:
o Jesu, zie mij aan!

3
De tijd heb ik verloren,
die Gij mij hebt verleend.
Naar U wild' ik niet horen,
in zonden was 'k versteend.
Zeer traag ben ik tot deugden,
al heb ik goed vermaan.
Oorsprong der eeuw'ge vreugden,
o Jesu, zie mij aan!

Gz. 63: 1, 2, 3 en 4 (Liederenbundel Weerklank)
1
Hoe moeilijk is de strijd, Heer, die ik daag'lijks ken,
nu ik mag weten, dat ik van mijn Heiland ben.
Ik wil voortaan zo graag gehoorzaam voor U leven,
de macht der zonde niet de minste ruimte geven,
de satan en de wereld metterdaad gaan haten
en met geheel mijn kracht mijn boze wil verzaken.

2
Maar ik, ik ben zo zwak, dat ik de strijd verlies.
Het goede dat ik wil en door gena verkies,
volbreng ik niet in ’t minst, het blijkt niet uit mijn daden.
Weg van Uw goede wet voert mij steeds weer het kwade.
Het is zo dicht bij mij, wie komt er tussenbeide?
O Heere, wilt U mij, ellendig mens, bevrijden!

3
Ik voel dat ik door al mijn zonden word geknecht
en dat mijn hart nog steeds aan boosheid is gehecht.
Het kwade wil ik niet en toch moet ik belijden,
dat ik het telkens doe, zo blijf ik altijd strijden.
Wie kan mij in die strijd de overwinning geven?
U Christus, U bent Heer, laat mij toch door U leven!

4
In mijn ellende heb ik U steeds meer gezocht.
U hebt mij voor altijd van satan losgekocht!
Laat mij voortaan voor U als een verloste leven,
en wand'len in het spoor dat U hebt voorgeschreven.
Heer, laat mij in Uw kracht de goede strijd steeds strijden
en overwinnend U mijn hele leven wijden.

Ps. 32: 2 en 3 (Nieuwe berijming)
2
Nu heb ik, Heer, mijn zonde U beleden:
ik weet dat ik Uw wet heb overtreden.
Ik was ontrouw, ik was van kwaad vervuld,
maar Gij vergaaft het, Gij verzoent mijn schuld.
Laat daarom tot U komen Uw beminden,
stoot hen niet af, doch laat U door hen vinden.
Duistere vloeden stormen op hen aan,
Gij stelt een perk, Gij zult ons vast doen staan.

3
Gij zijt, o Heer, mijn schuilplaats en mijn haven,
Gij zult aan mij al Uw beloften staven.
Wat mij benauwt, Gij stelt U aan mijn zij,
omringt met lied'ren van bevrijding mij!
Gij zult mij voortaan door Uw trouw bewaken,
Gij zult mijn leven vol van vreugde maken.
Ik zal mijn weg lichtvoetig verder gaan,
Gij gaat mij voor, Gij maakt voor mij ruim baan.